Cytomegalovirus PCR (CMV-PCR kwalitatief / kwantitatief)

Cytomegalovirus PCR (CMV-PCR kwalitatief / kwantitatief)

Kenmerken

Naam:
Cytomegalovirus PCR (CMV-PCR kwalitatief / kwantitatief)
Synoniemen:
CMV
Resultaat:
EDTA, liquor, vruchtwater, urine, oogvocht: IU/ml (kwantitatief). Uitslagen > 100 IU/ml worden als waarde gerapporteerd. Uitslagen <100 IU/mL worden weergegeven als ondetecteerbaar of als <100/pos. Overige materialen: positief, negatief (kwalitatief) Ct waarde: alleen biopt Aantal kopieëen per ml
Gewenste Volume:
EDTA: 10 ml liquor, vruchtwater, urine: 1-2 ml oogvocht: > 50 µl alle resp. materialen: 2 ml biopt: 2 mm2
Techniek:
PCR
Afdeling:
Medische Microbiologie
Lab afdeling:
Medisch Microbiologie Adminstratie of Dienstdoende Arts-microbioloog
Telefoonnummer:
4345187/6681525
Materiaalsoort:
EDTA, liquor, vruchtwater, urine, oogvocht, biopt
Bewaarconditie:
Koelkast (2-8°C), max. 24 uur indien direct inzenden niet mogelijk
TAT:
3 dagen
Indicatie:
Aantonen van specifiek CMV virus DNA
Geaccrediteerd:
Ja
Algemene Informatie:
Voor de diagnostiek naar cytomegalovirus (CMV) infecties zijn meerdere bepalingen beschikbaar. Het is afhankelijk van de vraagstelling welke bepaling meest geschikt is. Voor het aantonen van een recente CMV infectie (primo – infectie) worden bepaald: CMV-IgM, CMV-IgG in serum. Indien de IgM positief is wordt door het laboratorium de aviditeitstest voor CMV-IgG worden aangevraagd. Voor het aantonen van een immuunstatus volstaat het bepalen van CMV-IgG. Een CMV re-activatie bij immuungecompromitteerde personen wordt aangetoond door het bepalen van een CMV-virale load in EDTA (CMV-PCR kwantitatief), of in het geval van een CMV pneumonie of CMV colitis in BAL of darmbiopten. Voor het aantonen van een CMV ziekte van het oog of in de liquor wordt geadviseerd standaard oogvocht of liquor in te sturen met serum voor het bepalen van specifieke antistofproductie (Indexserologie) in die compartimenten tezamen met de CMV-PCR bepaling op oogvocht of liquor. Een congenitale CMV infectie van een pasgeborene kan het beste aangetoond worden middels een CMV-PCR bepaling in urine afgenomen binnen 20 dagen na de geboorte. Alternatieve methoden zijn CMV-PCR van een keelwat afgenomen direct na geboorte, of CMV-PCR uigevoerd op een hielprikkaartje (minder sensitief dan urine) of een CMV-PCR uitgevoerd op vruchtwater. Beduidend minder sensitief maar wel specifiek is IgM onderzoek bij het kind in serum afgenomen binnen 20 dagen na de geboorte.

Vademecum